Bijgewerkt: 17 november 2023 | Leestijd: 6 minuten
De methodiek Parallel Ouderschap leidt in een ideaalsituatie ertoe, dat ouders na scheiding een nieuwe balans vinden; een balans die door beide ouders wordt gedragen en die voor het kind nog steeds ‘een gezonde en evenwichtige ontwikkeling’ waarborgt, doch wat geen Coöperatief Ouderschap is.

Derhalve, zijn jullie beiden bereid om inter-ouderconflicten achter je te laten en positief vooruit gaan en daar je gedrag aan aan te passen, dan kan Parallel Ouderschap bijdragen aan acceptatie en rust, maar waarschijnlijk zal een traject als Ouderschap Blijft, Kinderen uit de Knel of een traject bij een mediator dan ook succesvol zijn.

Heb je het idee dat je eigen gedrag conflicten juist aanjaagt, dan kan de methodiek inzichten geven in de dynamiek met je ex-partner. Hierop leer je dan je gedrag aan te passen. Lees onze tips hoe Parallel Ouderschap een succes te maken.

Heb je echter het idee dat de andere ouder juist niet uit de strijd wil, daartoe allerlei negatieve tactieken inzet en wellicht zelfs aanstuurt op ouderverstoting, dan is Parallel Ouderschap mogelijk een nieuw speelveld waarop deze niet-welwillende ouder de strijd kan voortzetten, zelfs als het traject wordt ingezet als hulpverlening tijdens een vrijwillig, drang- of dwangkader (ondertoezichtstelling). Parallel Ouderschap als ‘oplossing’ is o.i. dan niet in het belang van het kind. Actieve of passieve inter-ouderstrijd wordt bovendien genoemd als contra-indicatie. Dit is tenslotte een vorm van kindermishandeling.

Wanneer Parallel Ouderschap wordt uitgelegd als ‘iedereen doet z’n eigen ding gezagsbeslissingen uitgezonderd’, dan staat dit o.i. haaks op wat de wet, verdragen en rechtspraak van de gezagdragend ouders verlangen. Gezagdragend ouders dienen namelijk onvoorwaardelijk elkaars ouderschap te ondersteunen, zich te houden aan de afspraken die er zijn met betrekking tot omgang en belangrijke (gezags)beslissingen over het kind, en alles in het werk te stellen zodat de relatie op ouderniveau bezien vanuit het kind tot rust komt en blijft, aldus o.m. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden in deze uitspraak.

Daarnaast hebben gezagdragend ouders de plicht om een goede ouderschapsrelatie te bewerkstelligen, aldus Rechtbank Den Haag in deze uitspraak. Het behoort bovendien tot de ouderlijke verantwoordelijkheid te blijven zoeken naar mogelijkheden om de invulling van de gezamenlijke ouderlijke taken te optimaliseren, aldus Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden in deze uitspraak.

Verder is het volgende van belang (bron: Expertteam Ouderverstoting in haar rapport zoals gepubliceerd op 4-2-2021):

  • De methodiek is nog niet geheel uitgekristalliseerd en de effectiviteit nog niet onderzocht. Een wetenschappelijke evaluatie zou wenselijk zijn, omdat het vermoedelijk in een aantal gevallen de best mogelijke uitkomst is,
  • Er zijn grote bedenkingen ten aanzien van deze aanpak als het gaat om de toepassing bij gezinnen met jonge kinderen, die zelf nog weinig (consistent) over hun ervaringen, gevoelens en behoeften kunnen vertellen. Zij zouden in twee geheel verschillende werelden kunnen opgroeien, wat mogelijk niet bevorderlijk is voor hun identiteitsontwikkeling.
  • Parallel Solo ouderschap mag niet te vroeg als een acceptabele oplossing worden aangeboden, omdat het risico bestaat dat vermijdend gehechte ouders (ouders die hun gevoelens veel liever ‘parkeren’ dan bespreken) te snel voor een (totale) contactbreuk met de ex-partner zouden kiezen.

Wat we hier nog aan toe zouden voegen is dat er ook grote bedenkingen zouden moeten zijn bij het toepassen van Parallel Ouderschap in situaties waarin kinderen in een loyaliteitsconflict zitten. Feitelijk geldt hiervoor hetzelfde als onder de tweede bullet, omdat het kind niet in staat is om de wil in vrijheid te vormen.

Let op! Als Parallel Ouderschap tijdens een ondertoezichtstelling of drangkader in een vroeg stadium als ‘oplossing of noodzaak’ wordt ingezet, dan betekent niet dat je als welwillende ouder zondermeer de conclusie moet accepteren dat Coöperatief Ouderschap niet (meer) mogelijk zou zijn. Als welwillende ouder is Coöperatief Ouderschap tenslotte altijd haalbaar, mits de andere ouder daadwerkelijk tot overleg bereid zou zijn en bereid zou zijn de ouderschapsnormen na te leven.

Functioneert de gezamenlijke ouderlijke verantwoordelijkheid niet omdat de andere ouder niet overlegbereid is of zelfs eenzijdig een communicatieblokkade effectueert, dan dient dit door de hulpverlener/jeugdbeschermer richting die ouder te worden geadresseerd. Als de professional ervoor kiest om dit niet te doen, dan dient dit tenminste feitelijk juist en volledig schriftelijk gemotiveerd te worden gezet zodat ultimo de Raad voor de Kinderbescherming en/of rechter hiervan kennis kan nemen.

Wat ons betreft geldt: Accepteer niet een algemene conclusie zoals ‘ouders kunnen samen niet overleggen’ of ‘ouders kunnen samen geen beslissingen nemen’. Als welwillende ouder kan je dit namelijk wel en voeg je aantoonbaar en consistent de daad bij het woord. M.a.w. accepteer als welwillende en welhandelende ouder geen algemene conclusie die de strijd opnieuw tussen de ouders plaatst. Dit leidt slechts tot uitstel en in veel situaties tot een volledig gebrek aan vooruitgang, regelmatig zelfs na jaren hulpverlening.

Is er sprake van een ondertoezichtstelling en heb je idee dat de jeugdbeschermer richting Parallel Ouderschap doorzet en ook de beperkte (nauwelijks contact) definitie hanteert, terwijl Coöperatief Ouderschap wat jou betreft mogelijk is, lees dan ook: De gezinsvoogd doet zijn werk niet, wat nu?

Valkuilen voor Parallel Ouderschap

  • Als de methodiek in de praktijk niet door beide ouders wordt gedragen, dan is er een kans dat het door een niet-welwillende ouder wordt aangegrepen om de informatieverstrekking over het dagelijks leven van het kind naar de andere ouder geheel af te sluiten, mogelijk uiteindelijk leidend tot ouderverstoting. Geen overleg/communicatie kan er bijvoorbeeld toe leiden dat:
    • het kind ervaart dat de welwillende ouder niet is ‘aangehaakt’ aan zijn/haar leven bij de niet-welwillende ouder en daarmee steeds opnieuw wordt bevestigd in het idee dat ouders nog steeds met elkaar in strijd zijn;
    • de welwillende ouder ongewild weerstandsgedrag oproept bij het kind door bijvoorbeeld uit interesse vragen te stellen over gebeurtenissen die al lang gepasseerd zijn, of door juist geen vragen te stellen over zaken die voor het kind wel belangrijk zijn;
    • er in het kind een conflict ontstaat als er een totaal verschillend ‘waarden en normen’-kader is bij de ouders, wat zich ook kan uiten in de thuissituatie bij de ouders;
    • het kind tegen de andere ouder wordt uitgespeeld.
  • We zien dat Parallel Ouderschap ook wordt ingezet terwijl het al lang duidelijk is (of zou kunnen zijn) welke ouder de niet-welwillende ouder is. De andere ouder wordt vervolgens in het traject ‘gedrongen’. Worden er alsnog geen resultaten geboekt door de ouder bij wie de veranderingsnoodzaak zich bevindt en als dit de hoofdverblijfouder is, dan leidt het regelmatig tot stagnatie, bijvoorbeeld van een verdere opbouw van omgang. Regelmatig lezen we uitspraken waarin uiteindelijk de rechter (na het falen van een Parallel Ouderschap-traject) alsnog een beslissing neemt, zoals in deze uitspraak van Rechtbank Den Haag. Het is dus ook niet zo dat alle Parallel Ouderschap-trajecten succesvol worden afgesloten.
  • Parallel Ouderschap is o.i. minder/niet geschikt in een situatie dat één van beide ouders geen of zeer weinig zorgtijd heeft. Wat je dan juist wilt is dat de hoofdverblijfouder ruimhartig blijft communiceren over de levensgebeurtenissen van het kind om de andere ouder – bezien vanuit het kind – aangehaakt te houden. Lees ook: Hoeveel informatie over mijn kind mag ik verwachten?
  • In het kader van een Parallel Ouderschap-traject kunnen ook nieuwe afspraken worden gemaakt over de invulling van het ‘parallel ouderschap’. In dit kader is het volgende van belang:
    • Eventuele afspraken moeten de ouderschapsnormen centraal stellen. Ouders moeten zich daaraan onvoorwaardelijk (blijven) committeren. Daarnaast kunnen nog enkele detailafspraken gemaakt worden, alsmede hoe om te gaan met gebeurtenissen/situaties waarin niet is voorzien. Het beste is om overeen te komen wat dagelijkse zorg-/opvoedbeslissingen zijn (waarover ouders niet hoeven te overleggen). Over het overige is overleg noodzakelijk, tenzij ouders het eens zijn dat daarover overleg niet nodig is. Dit voorkomt ook dat ongeregelde zaken tussen wal en schip vallen (en de niet-welwillende ouder de ruimte krijgt om zelfstandig te beslissen). We zien regelmatig niet-welwillende ouders met het PO-argument eenzijdig beslissingen nemen die evident in strijd zijn met de gedachte van Parallel Ouderschap.
    • Als één van beide partijen zich niet aan de afspraken houdt, deze naar eigen inzicht interpreteert of ze bijvoorbeeld nodeloos rigide uitlegt, dan ontstaat er geen rust, doch is het slechts een nieuw speelveld waarover deze ouder de strijd kan aangaan.
  • Helaas constateren wij in de praktijk dat Parallel Ouderschap regelmatig door hulpverleners/jeugdbeschermers wordt ingezet om de niet-welwillende hoofdverblijfouder (nog enige tijd) uit de wind te houden, in plaats van haar/hem af te rekenen op het gebrek aan positieve resultaten en de verplichtingen die voortvloeien uit de rechten van het kind en het gezamenlijk gezag.

Tips wanneer je Parallel Ouderschap overweegt

  • Het traject kan je helpen om tot acceptatie te komen van de autonome rol van de andere ouder.
  • Met schriftelijk vastgelegde gedragsregels op ouderniveau is er nooit een situatie te bereiken die hetzelfde is als de situatie waarin ouders gewoon samenwerken (coöperatief ouderschap). Het kind heeft hier echter wel recht op. De uitkomst van het traject zou dan ook moeten waarborgen dat vanuit het kind bezien dit resultaat wel wordt bereikt. Als je afspraken vastlegt, leg dan eerst een overkoepelend doel vast, daarna pas inspanningen en maak ze meetbaar/SMART.
  • Zorg voor een systeem waarbij een derde (professional) mandaat heeft om knopen door te hakken, mochten jullie als ouders er niet uitkomen.
  • Lees nog meer tips op onze V&A-pagina: Hoe maak ik Parallel Ouderschap een succes?

Worden bepaalde afspraken voorgesteld die je wilt laten beoordelen of moet je zelf met voorstellen komen en wil je hulp? Neem contact met ons op.

Deel je ervaringen met ons

Heb je Parallel Ouderschap (of een PO-traject doorlopen), dan zijn we erg benieuwd naar je ervaringen. We zijn bijvoorbeeld op zoek naar tips, valkuilen of verbeterpunten. Dit kan zowel gaan over het proces naar Parallel Ouderschap toe als over het functioneren in de dagelijkse praktijk. Deelnemen kan via onze onderzoekspagina Parallel Ouderschap.

Voor jeugdbeschermers en hulpverleners

Heb je een suggestie voor verbetering van deze pagina? Zend hem naar team@fiduon.nl. Input wordt gewaardeerd.

Meer vraag en antwoord

Meer kennisbank

Contact ons voor hulp

We begrijpen voor welke opgave je staat, zowel juridisch als persoonlijk. Vijf dagen per week helpen we ouders zoals jij. Is procederen onvermijdelijk? Ontdek onze kostenbesparende 'litigation support'. Lees over:

Tijdens kantooruren bel 085‑3013044 of stuur een e-mail naar team@fiduon.nl. Een eerste kennismaking is kosteloos. Lees enkele klantervaringen. We zijn landelijk actief.