Hoofdverblijfplaats kind wijzigen Sub-thema

Bijgewerkt: 24 januari 2025 | Wetsingang: 1:253a-2-b BW | Leestijd: 12 minuten

Een wijziging van de hoofdverblijfplaats van het kind is één van de tientallen gezagsbeslissingen waarbij bij gezamenlijk gezag toestemming nodig is van de andere gezaghebbende ouder. Lukt dit niet in overleg met de andere ouder, dan kun je de familierechter vragen om hierin een beslissing te nemen.

NB: Dit thema behandelt slechts die situaties waarin er specifieke omstandigheden zijn om de hoofdverblijfplaats naar de andere ouder te verplaatsen. Het behandelt geen uithuisplaatsingen of verhuizingen. Zie voor dat laatste ons thema verhuizing.

We zien een wijziging van het hoofdverblijf naar de andere ouder in diverse situaties. Bijvoorbeeld, omdat het kind inmiddels feitelijk meer bij de andere ouder verblijft of wanneer de ouder die het hoofdverblijf had, door tussenkomst van de rechter het ouderlijk gezag of het hoofdverblijf verliest.

Als ouders niet gehuwd zijn en er wordt een kind geboren dan heeft het kind van rechtswege hoofdverblijfplaats bij de moeder (artikel 1:12 lid 1 BW). De hoofdverblijfplaats van het minderjarige kind is namelijk afgeleid van de ‘woonstede’ van de gezaghebbende ouder. Hebben beide ouders ouderlijk gezag en zijn ze niet meer bij elkaar, dan is de hoofdverblijfplaats van het kind de plaats waar deze overwegend (lees: het meeste) verblijft. Is het verblijf exact gelijk (co-ouderschap) dan is het niet mogelijk om het kind op twee adressen in te schrijven. Er moet dus een keuze worden gemaakt.

De hoofdverblijfplaats wordt bij de scheiding overeengekomen tussen de ouders. Lukt dit niet dan neemt de rechter een beslissing. Wat hierin een doorslaggevende betekenis kan krijgen is welke ouder de meeste waarborgen biedt voor gelijkwaardig ouderschap, aldus Gerechtshof Den Haag in deze uitspraak. In een uitzonderlijke uitspraak van Rechtbank Midden-Nederland laat de rechter het lot beslissen in de vorm van het opgooien van een muntje.

We zien regelmatig dat na de scheiding het hoofdverblijf van het kind wijzigt, t.w. in de volgende situaties:

  • De (hoofdverzorgende) ouder met het hoofdverblijf verhuist op een ondoordachte wijze – zonder toestemming van de andere gezaghebbende ouder – en schendt daarbij in ernstige mate het belang van het kind.
  • De (hoofdverzorgende) ouder met het hoofdverblijf is niet langer in staat om zorg op een goede wijze in te vullen.
  • De (hoofdverzorgende) ouder met het hoofdverblijf schendt in ernstige mate de verplichtingen die uit het ouderlijk gezag voortvloeien, verliest ouderlijk gezag en tevens hoofdverblijfplaats.
  • De (hoofdverzorgende) ouder is niet in staat om de band tussen het kind en de andere ouder te bevorderen terwijl dat andersom wel in voldoende mate blijkt.
  • Het kind wijst de ouder die het hoofdverblijf had af en woont inmiddels overwegend bij de andere ouder (lees over ouderverstoting).

Let op! Het als welwillende ouder pogen de hoofdverblijfplaats van het kind te verplaatsen zonder evidente contra-indicaties bij de andere ouder is een kansloze zaak. Zo een verzoek moet dan ook zorgvuldig worden ingeleid. Ook wordt bij dit type verzoeken (nagenoeg) altijd door de rechter advies ingewonnen bij de Raad voor de Kinderbescherming die daarvoor een onderzoek uitvoert.

Lees hierna onze inzichten en voorbeelden van rechterlijke uitspraken in vergelijkbare situaties. Is een rechtszaak onvermijdelijk? Ontdek ook onze kostenbesparende 'litigation support'.

Contact ons voor hulp.
Lees hierna verder ↴

Inzichten

  1. In de meeste gevallen volgt wijziging van de hoofdverblijfplaats naar een positief advies daartoe door de Raad voor de Kinderbescherming (of een Gecertificeerde Instelling bij een ondertoezichtstelling).
  2. Hoofdverblijfplaats volgt ook wel de realiteit t.w. als een kind reeds geruime tijd (nagenoeg volledig) bij de andere ouder woont.
  3. De eigen wil van het kind wordt na 12 jarige leeftijd steeds belangrijker.
  4. De hoofdverblijfplaats volgt (meestal) een wijziging van de gezagssituatie naar eenhoofdig gezag.
  5. Aangetoond moet worden dat (cq in hoeverre) de huidige verblijfplaats een (directe) bedreiging voor een gezonde ontwikkeling van het kind oplevert en dit belangrijker is dan stabiliteit en continuïteit waar een kind bij is gebaat.
  • Hoe de zorg was verdeeld voor de scheiding.
  • Welke ouder het meeste ruimte geeft aan het kind om een goede band te hebben met de andere ouder.
  • Welke ouder het meeste zorg kan bieden.

Contact ons voor hulp.
Lees hierna verder ↴

Rechtspraak

Je leest een selectie. Deze wordt regelmatig bijgewerkt. Meer uitspraken of research nodig? Contact ons voor hulp.

Wijziging hoofdverblijfplaats toegewezen

Een vader verzoekt hoofdverblijf van zijn beide kinderen die onder toezicht staan. De kinderen groeien op in twee zeer verschillende thuissituaties, waarbij de vader tracht de kinderen in het gareel te houden en moeder de kinderen geen grenzen stelt. Dit leidt volgens de betrokken GI tot grenzeloos gedrag door de oudste. Sinds 1,5 jaar hebben beide kinderen reeds feitelijk het hoofdverblijf bij de vader.

Het hof bekrachtigt de uitspraak van de rechtbank waarin aan vader het hoofdverblijf is toegekend. De moeder is teveel bezig met haar eigen problematiek waardoor de kinderen voor haar zijn gaan zorgen. De omgang wordt eveneens aangepast in de zin dat de kinderen om het weekend naar de moeder gaan. Haar standpunt dat de moeder vanwege financiële redenen het hoofdverblijf nodig heeft, wordt geen doorslaggevend belang toegekend.

Volledige uitspraak

Twee ouders willen elk het hoofdverblijf over hun beide kinderen. De moeder bij naar, na verhuizing in de plaats waar zij gaat wonen en vader, in de plaats waar de kinderen tijdens de relatie met de ouders woonden en waar zij thans nog naar school gaan. Er is cq was een gelijke zorgverdeling.

Gerechtshof Amsterdam bepaalt het hoofdverblijf uiteindelijk bij de vader omdat de moeder 4 dagen in loondienst werkt en de vader door zijn werk als advocaat (behoudens zittingen) zijn tijd zelf kan indelen en de kinderen elke dag uit school kan halen (en ze dus niet naar de BSO hoeven).

Volledige uitspraak

Een vader wil het hoofdverblijf van zijn kind naar hem wijzigen omdat zijn dochter dat ook wil. In eerste aanleg wordt zijn verzoek echter niet toegewezen en hij gaat in hoger beroep. Het hof komt tot een ander oordeel, na ook het kind te hebben gesproken. Uit dit gesprek blijkt dat ze meer rust vindt bij de vader waar ook een stiefzus van dezelfde leeftijd woont. Bij moeder zijn er nog 3 jongere kinderen die haar moeder met haar nieuwe partner heeft.

De moeder wil een gelijke zorgverdeling. Dit wordt afgewezen vanwege de afstand tussen de ouders. Moeder krijgt dezelfde regeling die de vader thans heeft, samengevat; om het weekend en vakanties door de helft.

Volledige uitspraak

Een vader verzoekt wijziging van het hoofdverblijf van zijn 16 jarige kind omdat ze inmiddels enige maanden bij hem woont en het er niet naar uitziet dat ze op korte termijn weer bij haar moeder zal gaan wonen. Moeder stuurt volgens vader relevante post niet door en daarnaast ontvangt zij nog alle toeslagen en de kinderbijslag. De vader verzoekt vaststelling met terugwerkende kracht. Daarnaast verzoekt hij de rechter ook om moeder te bewegen om zaken zoals schoolspullen af te geven.

De rechter wijst de wijziging van het hoofdverblijf en de praktische verzoeken van vader toe. De rechter gaat echter niet mee met het verzoek van vader om de wijziging met terugwerkende kracht vast te stellen, omdat ‘de aard van de beslissing zich niet leent voor wijziging in het verleden’.

Volledige uitspraak

Een moeder verhuist vanuit de echtelijke woning, waar zij na scheiding nog enige tijd kon verblijven, naar een andere plaats. Ze wil nu ook het hoofdverblijf van het kind bij haar. Dit wordt in twee instanties afgewezen en het hoofdverblijf blijft bij vader. Het is volgens het hof van belang dat het kind in haar vertrouwde omgeving kan opgroeien waar ze onder meer met vriendjes/vriendinnetjes speelt en naar school gaat. Er zijn verder geen contra-indicaties qua zorg bij beide ouders, oftwel beide ouders zijn even geschikt.

Volledige uitspraak

Een moeder verliest het hoofdverblijf van haar kind omdat Gerechtshof Amsterdam van mening is dat vader wel in staat is om het kind een goede band ben beide ouders te laten ontwikkelen/hebben. Moeder is ondermeer op grote afstand gaan wonen en heeft zijn diverse malen het contact tussen het kind en de vader doorkruist. Ook heeft zij ten onrechte diverse instanties gevoed met ‘zorgen’ over de geschiktheid van vader.

Volledige uitspraak

Een moeder is van mening dat de kinderen seksueel worden misbruikt door de vader. De kinderen worden onder toezicht gesteld. Er volgt een uitgebreid onderzoekstraject voor één van de kinderen. Hierin worden de aantijgingen echter niet bevestigd. Moeder blijft evenwel op het standpunt dat de kinderen worden misbruikt. Er volgt een persoonlijkheidsonderzoek van de moeder, waaraan ze niet volledig meewerkt. Er ontstaat gaande het onderzoek bij de instantie een zorgelijk beeld van een (psychotische) moeder die de kinderen belast met haar negatieve denkbeelden, eigen problematiek en daarnaast geen probleembesef of -inzicht heeft.

Het gerechtshof bekrachtigt de beslissing van de rechtbank dat het hoofdverblijf van de kinderen bij de vader moet worden bepaald, mede omdat het sinds de rechtbankbeschikking goed gaat met de kinderen. De moeder die sinds de rechtbankbeschikking begeleide omgang heeft met de kinderen, kan onder (voortvarende) regie van de GI de omgang verder uitbreiden.

Volledige uitspraak

Door middelengebruik en psychose bij de moeder wordt een kind tijdelijk uit huis geplaatst bij de vader die daarvoor vanuit Frankrijk naar Nederland was gekomen. Het kind verblijft sinds een jaar bij de vader in Frankrijk, waar hij ook naar school gaat. Vader verzoekt nu hoofdverblijf. Dit wordt door Gerechtshof Den Bosch, mede op advies van de Raad voor de Kinderbescherming, toegewezen.

Volledige uitspraak

Langdurige inter-ouderstrijd, kinderen staan onder toezicht. Moeder lijkt de kinderen moedwillig te betrekken bij de strijd, waardoor de kinderen klem komen tussen de ouders. Moeder werkt ook niet mee met de hulpverlening. Na een incident waarbij de moeder onwel werd en per ambulance is afgevoerd, zijn de kinderen met een spoedmachtiging uit huis geplaatst. Vader blijkt capabel, transparant en meewerkend. Kinderen worden uit huis geplaatst bij vader (de andere ouder met het gezag). Het hof bekrachtigt deze beslissing.

Volledige uitspraak

Wijziging hoofdverblijfplaats  afgewezen

Ten tijde van de scheiding zijn een moeder en een vader overeengekomen dat het hoofdverblijf van de vader bij de kinderen zal zijn. De moeder heeft hier emotionele problemen mee en voert daarnaast aan dat haar werk meer flexibel is geworden en dat de zorg bij de vader niet adequaat is. Vader weerspreekt dit laatste.

Hof Den Bosch bekrachtigt de eerdere rechtbankuitspraak. Wijziging hoofdverblijfplaats naar moeder afgewezen.

Volledige uitspraak

Hoofdverblijfplaats van een kind 16 jaar, was al bij vader. Moeder wilde wijziging hiervan en vaststelling van de hoofdverblijfplaats bij haar.

Het gerechtshof beslist dat het hoofdverblijfplaats van het kind bij vader blijft. Het kind heeft het goed bij vader. Ze wil wel contact met de moeder echter onder de voorwaarde dat moeder hulp zoekt voor haar eigen problematiek.

Volledige uitspraak

Contact ons voor hulp.
Lees hierna verder ↴

Meer verdiepen?