Aangifte bij niet-nakoming omgang Special

Bijgewerkt: 9 oktober 2025 | Wetsingang art. 279 Sr en/of art. 280 Sr en/of art. 282 Sr (en evt andere bijkomende strafrechtelijke gedragingen) | Leestijd: 29 minuten

Heb je ouderlijk gezag en wordt de omgang tussen je kind en jou onverwacht niet nagekomen? Dan kan je van dit voorval op basis van ‘onttrekking aan het ouderlijk gezag’ aangifte doen bij de politie.

Over handhaving van omgang via 279 Sr

Strafbaarstelling van een niet-nagekomen vastgestelde omgang op basis van onttrekking aan het ouderlijk gezag (artikel 279 Sr) dekt o.i. de lading niet/onvoldoende. Strafbaarstelling op basis van dit artikel staat bovendien niet open voor ouders zonder gezag, maar mét door een rechter vastgestelde omgangsregeling.

Wat er o.i. feitelijk gebeurt is dat het recht op familieleven van het kind met de andere ouder wordt doorkruist. Met de niet-nakoming van de omgang wordt gedaan aan de band die het kind met de andere ouder heeft, terwijl de andere juist de plicht heeft om die band te bevorderen. Veel kinderen raken uiteindelijk in een loyaliteitsconflict en verliezen daardoor contact met die ouder, met blijvende psychische schade als gevolg.

Deze schade, of het potentieel blootstellen van het kind daaraan, kwalificeert o.i. als (voortdurende) psychische kindermishandeling. Daarmee zou artikel 300 lid 4 Sr in beeld moeten komen t.w. op grond van ‘benadeling van de geestelijke gezondheid’.

Het zonder rechterlijk mandaat niet-nakomen is bovendien een vorm van ‘dwingende controle’ jegens de andere ouder, evenals een vorm van psychische mishandeling van die ouder. Ook hiervoor zou artikel 300 lid 4 Sr een aanknopingspunt kunnen zijn.

Overweeg je aangifte, bespreek deze alternatieve grondslag met de politie. We zijn benieuwd naar je ervaringen. Lees ook: Kan ik aangifte doen van ouderverstoting?

Enkele ervaringsregels bij niet-nakomingen

Als je omgang niet wordt nagekomen, blijf rustig. Jaarlijks treft dit duizenden kinderen en hun ouders. In de meeste situaties die wij zien, wordt de omgang na enige tijd gewoon weer hervat, al dan niet door tussenkomst van de civiele rechter.

Let op! Een opzettelijke niet-nakoming kan door de niet-welwillende ouder worden ingezet om je een ‘emotionele uitspatting’ te ontlokken. Word je verbaal luid, verbaal agressief of misschien zelfs fysiek, dan kan dit tegen je werken in een later stadium. Het voorval zou als bewijs kunnen dienen van slechte communicatie of om aan te tonen dat overdrachten te belastend zijn voor het kind. Ook loop je kans dat – als dit voorval in rapportages belandt – je in de toekomst wellicht hulp zult moeten aanvaarden voor bijvoorbeeld ‘emotie-regulatie’. M.a.w. blijf rustig en beheerst; laat je niet uit de tent lokken.

Neem deze tips ter harte. Zoek eventueel contact met ons om je te begeleiden.

  • Zou je kind naar jou worden toegebracht? Ga dan niet naar de ander om vervolgens je kind daar op te eisen, maar start een rustige schriftelijke dialoog.
  • Zou je je kind ophalen maar wordt de deur niet open gedaan, blijf dan rustig en beheerst op die locatie, zoek bijvoorbeeld via WhatsApp contact. Geen reactie, ga weg en start een rustige schriftelijke dialoog.
  • Mocht je worden begroet door de politie omdat er – zonder dat je het weet – melding is gedaan van een mogelijk bedreigende situatie of huiselijk geweld, blijf ook dan rustig. Ga niet in discussie met de politie. Ga je in gesprek met de politie, doe dat dan op een plek buiten het zicht van je kind.
Let op!
Advocaten mogen hun cliënt niet zomaar adviseren om een vastgestelde omgang niet na te komen. Dit kan slechts als er ‘“bijzondere en objectiveerbare omstandigheden” zijn, aldus deze uitspraak van het Hof van Discipline Den Bosch.

Er zijn mensen die zijn vóór aangifte in alle situaties en wel direct, en er zijn mensen die een genuanceerder standpunt hebben. Wij behoren tot de laatste categorie.

Wat een passende actie is; aangifte doen, een melding laten opnemen, politieagenten langs laten gaan of (nog even) niets, hangt af van de omstandigheden.

Een kritiekpunt op de politie is en was dat ze mensen die komen voor een aangifte verwijst naar een advocaat (m.a.w. de civiele weg, via het familierecht). Dit is een onjuist standpunt. O.m. in 2005 oordeelde de Hoge Raad dat het niet-nakomen van een bij rechterlijke beschikking vastgestelde (voorlopige) omgangsregeling kwalificeert als onttrekken aan het ouderlijk gezag. Daarmee staat dus de strafbaarheid van de onttrekking vast.

Het standpunt van de politie is overigens begrijpelijk als je bedenkt dat in eenvoudige niet-nakomingssituaties het Openbaar Ministerie meestal niet vervolgt (en de strafrechter het OM hierin steunt). Zie in dit kader ook de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 17 mei 2018 onderaan deze pagina. De politie heeft overigens wel de wettelijke plicht om een aangifte op te nemen.

Alleen, nog steeds is het aan de ouder zelf om een keuze te maken; wel of niet aangifte of een melding doen, of wachten.

Wanneer er geen veiligheidsrisico is, wordt de melding waarschijnlijk overgedragen aan Veilig Thuis voor een onderzoek naar de veiligheid van het betrokken kind op de lange termijn. De melding wordt zeker overgedragen aan Veilig Thuis als onbekend is waar het kind verblijft.

Er is overigens nog een ander alternatief, nl: eerst een constructieve dialoog opstarten met de niet-nakomende ouder. Als binnen enkele dagen niet duidelijk wordt wanneer de omgang weer hervat gaat worden, of wanneer er niet wordt gereageerd, dan kun je alsnog verdere stappen zetten.

Een voorbeeld van een zaak waarin een ouder wel aangifte deed (i.c. de vader) lees je in deze uitspraak van Gerechtshof Amsterdam. Het leidde ertoe dat de moeder in voorlopige hechtenis werd genomen. Moeder was samengevat onbereikbaar en vader wist ook niet waar de kinderen verbleven.

Een aangifte van ‘onttrekking aan het ouderlijk gezag’ leidt het strafrechtelijke traject in. In de wet staat nergens dat de straf ook omvat, een hervatting van de omgang. Dus in principe leidt een aangifte niet direct tot een hervatting van de omgang.

Is de verblijfplaats van het kind echter onbekend en wordt er een opsporingsonderzoek gestart, dan is het uitgangspunt dat het kind in ‘een veilige omgeving’ moet worden gebracht. Dit kan bij de meldende ouder zijn.

Indirect zou dit natuurlijk wel tot een hervatting kunnen leiden, bijvoorbeeld als gevolg van het betrokken raken van Veilig Thuis/de Raad voor de Kinderbescherming.

Een aangifte van ‘onttrekking aan het ouderlijk gezag’ leidt niet altijd tot vervolging en in veel gevallen leidt dit tot een sepot. Dit is ook zo in deze richtlijn voor het Openbaar Ministerie beschreven. En dit is één van de grote kritiekpunten van mensen die pro-aangifte/inzet van het strafrecht zijn.

Met deze wetenschap heb je een keuze te maken. Je kunt bijvoorbeeld een melding doen en pas na herhaaldelijke niet-nakomingen aangifte.

In sommige situaties wordt er wel vervolgd en leidt het ook tot onvoorwaardelijke veroordelingen met aanzienlijke gevangenisstraffen, ook voor eventuele medeplegers. Enkele van deze situaties tref je aan hierna onder het kopje rechtspraak.

Het gaat hierbij om situaties waarin er bij bijkomende strafbare feiten zijn, zoals internationale kinderontvoering of geweld. Ook zien we dat het OM sneller tot vervolging overgaat als het een onttrekking aan ‘het opzicht’ van een jeugdzorginstantie is, zoals bij een uithuisplaatsing of een ondertoezichtstelling.

Doe je een melding of aangifte bij de politie van de niet-nakoming, dan kan je de vraag gesteld worden of de politie (meestal de wijkagent) een poging moet doen om te bemiddelen. Concreet betekent dit dat er geüniformeerde politie naar het huis gaat waar je kind zich op dat moment bevindt.

Dit kan zeer belastend zijn voor het kind en dit is één van de grote verbeterpunten o.i. voor de politie tw; stuur politie in burger voor deze bemiddeling, eventueel i.c.m. een deskundige van Veilig Thuis.

De aanwezigheid van politie in uniform kan bijvoorbeeld door de andere ouder richting het kind worden gebruikt als: ‘als we niet doen wat hij/zij wil, dan stuurt hij/zij de politie op ons af’. Dit projecteert een angstbeeld bij het kind, dat bijvoorbeeld past in een vervreemdingscampagne.

Het is belangrijk om je goed bewust te zijn van de mogelijke negatieve effecten voor je kind van de aanwezigheid van geüniformeerde politie voordat je beslist om op het aanbod in te gaan.

Kort geding procedures worden nauwelijks gepubliceerd door de rechtspraak. Uit eigen ervaringen weten we dat de kort geding rechters bij onterechte niet-nakomingen wel tot hervatting beslissen. Eventueel wordt deze beslissing kracht bij gezet met een dwangsom.

Om mensen snel van dienst te kunnen zijn in dit soort situaties zijn we het Landelijk Bureau Handhaving Omgang gestart.

Houd er ook bij een kort geding rekening mee dat vanaf het moment van niet nakoming er eerst een kort traject is om een ‘minnelijke oplossing’ tot stand te brengen, er moet een dagvaarding worden opgesteld en de rechtbank moet een zittingsdatum inplannen. Houd daarom rekening met een doorlooptijd van 3-6 weken voordat er een beslissing is. Met het LBHO streven we ernaar om deze doorlooptijd zo kort mogelijk te maken.

De familierechtelijke route staat geheel los van een eventueel strafrechtelijk traject via een aangifte en deze trajecten kunnen ook parallel lopen.

Wil je toch aangifte doen dan is het goed om dit dus niet te zien als een vervanging van het familierechtelijke traject. Het familierechtelijke traject is in de meeste gevallen ook sneller.

Neem bij je aangifte mee:

  • Een kopie van de beschikking of het convenant waaruit de omgangsafspraken blijken.
  • Een kopie van eventuele communicatie tussen jou en de andere ouder vooraf aan de niet-nakoming.
  • Een kopie van de Richtlijn voor strafvordering onttrekking minderjarige aan wettig gezag.
  • Je ID en mocht je dit hebben een uittreksel uit het gezagsregister (de politie heeft daar ook toegang toe).
  • Alle informatie die kan bijdragen om de locatie van je kind vast te stellen, als dit onbekend is.

Bij je aangifte zal de politiebeambte je ook vragen stellen naar de achtergrond van de niet-nakoming en eventueel reeds betrokken hulpverlening. Is er hulpverlening betrokken, dan is het raadzaam om ze te betrekken bij je voornemen tot het doen van aangifte.

Overweeg je zelf de vastgestelde omgang niet na te komen?

Lees: V&A: Ik heb ernstige zorgen. Toch de omgang nakomen?

Wist je dit?

Fiduon is een nationaal actieplan gestart. Het doel: verbetering van de rechtsbescherming van kinderen bij 'zorgen'. We hebben een stip op de horizon gezet: dat ná 2027 een minderjarig kind alleen nog 'uit contact met een ouder gaat' nadát een rechter heeft bepaald dat dit in het belang van het kind is. Dit is nu verre van vanzelfsprekend. Het actieplan richt zich op alle situaties van contactverlies (gegrond en niet-gegrond). Lees alles over dit initiatief en verspreid het pamflet via je socials!

💬
Je bent niet alleen. Jaarlijks vinden meer dan 120.000 mensen antwoorden in onze kennisbank. Voor hulp of advies: neem gerust contact op.
Lees hierna onze inzichten en voorbeelden van rechterlijke uitspraken in vergelijkbare situaties. Is een rechtszaak onvermijdelijk? Ontdek ook onze kostenbesparende 'litigation support'.

Contact ons voor hulp.
Lees hierna verder ↴

Inzichten

  1. De civiele route leidt meestal sneller tot hervatting van de omgang dan de eventuele uitkomsten van de strafrechtelijke route (binnen 3-6 weken).
  2. Bemiddeling door de politie is (vooralsnog) geüniformeerd en kan mogelijk tegen je werken.
  3. Het strafrechtelijke traject leidt meestal niet tot straf, maar wel tot betrokkenheid van jeugdhulp/jeugdzorg en lange onzekere trajecten.
  4. Wel altijd aangifte doen bij kinderontvoering, direct fysiek gevaar of wanneer je kind wordt verborgen op een onbekend adres.
  • In hoeverre de onttrekking aan het gezag bewezen is.
  • Of er bijkomende strafbare feiten zijn.
  • Of er een voorgeschiedenis is van onttrekkingen of niet-naleving van rechterlijke beschikkingen.
  • De leeftijd van het kind of andere kindspecifieke aspecten die het doorkruisen van de omgang extra belastend maken voor het kind.

Contact ons voor hulp.
Lees hierna verder ↴

Rechtspraak

Je leest een selectie. Deze wordt regelmatig bijgewerkt. Meer uitspraken of research nodig? Contact ons voor hulp.

‘Onttrekkende’ ouder veroordeeld

Een moeder ontvoert haar 5 jarige kind naar zweden en onttrekt haar daarmee aan het ouderlijk gezag van de vader.

De moeder krijgt een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden en een taakstraf van 60 uur te vervangen voor 30 dagen hechtenis.

Volledige uitspraak

Een moeder neemt haar 14 jarige dochter twee weken mee naar Frankrijk. Het kind staat onder toezicht en is voorlopig in een gezinshuis geplaatst. Daarmee onttrekt ze haar kind aan het opzicht van de gecertificeerde instelling.

De moeder wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 120 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 30 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar.

Volledige uitspraak

Een vader ontvoert in vereniging met anderen onder dreiging met geweld zijn dochter van 2 jaar mee naar India en onttrekt haar daarmee aan het ouderlijk gezag van de moeder die aangifte doet. Moeder en kind hebben sindsdien al 8 jaar geen enkel contact met elkaar.

De vader wordt veroordeeld op grond van 279Sr. Cassatie baat de vader niet.

Volledige uitspraak

3 kinderen worden op last van de rechter bij uit huisgeplaatst en geplaats bij haar moeder. Moeder is het hiermee niet eens en neemt de kinderen meer naar Portugal. De kinderen staan ten tijde van de onttrekking ook onder toezicht.

De moeder wordt vanwege het bijkomende geweld veroordeeld tot 3 maanden gevangenisstraf mét TBS.

Volledige uitspraak

Terwijl haar 4 kinderen onder zicht staan en ze een gebiedsverbod had, haalt de moeder de kinderen toch op bij de vader en neemt ze mee naar het buitenland om haar zus en diens pasgeboren baby te bezoeken. Na het bezoek aan haar zus reist de moeder nog een paar dagen met de kinderen door Europa en slaapt tenminste 1 nacht met hen in de auto. De moeder heeft de kinderen daarmee uit hun veilig thuissituatie weggehaald en i een onzekere onvoorspelbare situatie gebracht.

De vader doet aangifte, ook omdat moeder zich niet aan de gedragsaanwijzing heeft gehouden.

De moeder wordt veroordeeld. Aan haar wordt een gevangenisstraf van 9 maanden opgelegd, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar.

Volledige uitspraak

Terwijl er een verzoek tot ondertoezichtstelling aanhangig is, neemt een moeder (met een waanstoornis) haar twee kinderen van 16 en 15 jaar mee naar Italië. Daar probeert ze samen met de kinderen een toekomst op te bouwen. Ze heeft echter geen werk en de kinderen gaan niet naar school.

De moeder wordt veroordeeld voor onttrekking aan het ouderlijk gezag van de vader en onttrekking aan het opzicht van de GI. Aan haar wordt een gevangenisstraf van 120 dagen opgelegd, waarvan 86 dagen voorwaardelijk, met aftrek. Aan het voorwaardelijke deel zijn bijzondere voorwaarden gekoppeld. Daarnaast legt de rechtbank een taakstraf van 120 uur op. Eveneens krijgt de moeder een contactverbod met haar zoon tot dat hij 18 jaar wordt.

Volledige uitspraak

‘Onttrekkende’ ouder niet-vervolgd

Man klaagt op basis van artikel 12 Sv omdat de OvJ niet wil vervolgen op zijn aangifte van onttrekking aan het ouderlijk gezag, omdat de moeder de omgang niet nakomt. De klacht wordt ongegrond verklaard: Hierna integraal te motivering van Gerechtshof Den Haag:

“Indien één van de ouders zich niet gedraagt conform gemaakte afspraken of een opgelegde omgangsregeling met een minderjarig kind, leidt dit nog niet zonder meer tot de conclusie dat sprake is van onttrekking van de minderjarige aan wettig gezag of bevoegd opzicht als bedoeld in artikel 279 van het Wetboek van Strafrecht.

Daargelaten de vraag of het niet correct naleven van de omgangsregeling een door beklaagde gepleegde opzettelijke schending van voornoemde strafbepaling oplevert, is het hof van oordeel dat, gelet op de specifieke feiten en omstandigheden van het onderliggende geschil, zoals die uit het dossier blijken, de naleving van de onderhavige omgangsregeling in beginsel door maatregelen van civielrechtelijke aard dienen te worden gehandhaafd.

Het hof is voorts van oordeel dat het strafrecht in een zaak als deze dient te gelden als ultimum remedium (uiterste redmiddel) en in beginsel niet dient te worden ingezet als instrument om medewerking aan een omgangsregeling te bewerkstelligen, aangezien andere (civielrechtelijke) maatregelen de voorkeur verdienen.

Tot slot zou een eventuele strafvervolging van beklaagde naar verwachting van het hof niet bijdragen aan verbetering van de verstandhouding tussen partijen, doch veeleer tot een (nieuwe) verstoring van de verhoudingen kunnen leiden met alle nadelen van dien voor het kind van klager en beklaagde.”

Volledige uitspraak

Contact ons voor hulp.
Lees hierna verder ↴

Meer verdiepen?