Van gezamenlijk naar eenhoofdig gezag Sub-thema

Bijgewerkt: 29 maart 2025 | Wetsingang: Art. 1:253n BW en Art. 1:251a BW en Art. 1:266 BW | Leestijd: 45 minuten

Als het ouders na scheiding niet lukt om neutraal met elkaar te communiceren en gezamenlijk belangrijke beslissingen te nemen in het belang van het kind, dan kan eenhoofdig gezag in plaats van gezamenlijk gezag meer in het belang van het kind zijn.

Voor het een ouder ontnemen van het gezag geldt een hoge drempel. Het uitgangspunt is namelijk dat ouders die gezamenlijk het gezag hebben, dit gezag gezamenlijk blijven uitoefenen na ontbinding van het huwelijk, aldus deze uitspraak van de Hoge Raad. Gezamenlijkheid is dus de hoofdregel, die sinds 1 januari 2023 nog is versterkt door de nieuwe regel dat gezamenlijk gezag ook ontstaat bij de erkenning van een kind met toestemming van de vrouw (artikel 1:251b BW). Eenhoofdig gezag is slechts aan de orde bij uitzonderlijke gevallen.

Bij het beoordelen of een wijziging in het ouderlijk gezag noodzakelijk is, wordt er door rechters gekeken in hoeverre een kind klem of verloren is tussen de ouders. M.a.w. of de wijze waarop ouders met elkaar omgaan, met elkaar communiceren en met elkaar beslissingen nemen, leidt tot situaties die schadelijk (kunnen) zijn voor het kind.

Hoe kansrijk een verzoek is, is op voorhand niet te zeggen. Er kunnen duidelijke contra-indicaties zijn bij een ouder, bijvoorbeeld wanneer deze zonder valide redenen herhaaldelijk een voor het kind belangrijke beslissing dwarsboomt en/of er extreem schadelijk gedrag is. Dan is toewijzing waarschijnlijker.

Het merendeel van de gepubliceerde uitspraken omvat situaties waarin een ouder met het hoofdverblijf van het kind een wijziging in het gezag voor zichzelf graag wenst. De rechtspraak prikt hier echter in toenemende mate doorheen. Zo overwoog Rechtbank Den Haag in deze uitspraak het volgende:

Anders gezegd: het (de vader het ouderlijk gezag ontnemen, red.) is niet het middel dat de wonden kan helen en het kan helaas ook geen toekomstig soortgelijk verdriet voorkomen, mocht de vader onverhoopt toch terugvallen. Het is evenmin een strafmaatregel. Het is een juridisch instrument dat in uitzonderlijke situaties ten behoeve van het kind wordt toegepast, bijvoorbeeld wanneer gezamenlijke gezagsbeslissingen niet kunnen worden genomen, doordat de ene ouder dat belet.

Een verzoek kan ook ’te vroeg’ worden gedaan; bijvoorbeeld tijdens de echtscheidingsprocedure. De kans is dan aanzienlijk dat de rechtspraak éérst van ouders verlangt om (met hulp) oplossingen te bewerkstelligen voor de problemen waarop de verzoekende ouder zich beroept. Zie voor een voorbeeld deze uitspraak van Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Overigens kan ook de Raad voor de Kinderbescherming verzoeken dat een ouder het ouderlijk gezag wordt ontnomen, ook als er geen sprake is van een uithuisplaatsing. Dit is bevestigd door Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch in deze uitspraak.

Verder kan een grond voor het beëindigen van het ouderlijk gezag zijn dat de ouder in kwestie niet binnen een redelijke termijn weer kan voldoen aan de ouderschapsnorm van artikel 1:247 lid 2 BW (art. 1:266 lid 1 sub a BW). Dit zien we echter vooral bij uithuisplaatsingen. Tenslotte kan misbruik van het ouderlijk gezag grond vormen voor beëindiging daarvan (art. 1:266 lid 1 sub b BW).

Wordt het voortbestaan van het gezamenlijk gezag voor de rechter gebracht, dan vraagt de rechter de Raad voor de Kinderbescherming veelal om advies. Daarvoor worden door de rechter onderzoeksvragen aan de raad meegegeven die meestal heel generiek zijn zoals:

  • Een onderzoek in te stellen en nader te adviseren over het gezag.
  • Een onderzoek naar de samenwerking tussen de ouder, de GI, de pleegouders en pleegzorg.
  • Is de uitoefening van het gezamenlijk gezag van de ouders in het belang van het kind?

Overigens betekent beëindiging van het gezamenlijk ouderlijk gezag niet dat de andere ouder geen recht meer heeft op omgang met het kind. Het betekent ook niet dat die ouder geen recht meer heeft op informatie of niet geconsulteerd hoeft te worden bij belangrijke beslissingen. Dit zijn allemaal losstaande zaken.

Overweeg je een procedure om de andere ouder het gezag te ontnemen, kijk dan eerst kritisch naar je eigen gedrag en pas dit waar mogelijk aan. Wat namelijk ook belangrijk is, in hoeverre jij je hebt inzet voor een goede ouderschapsrelatie met de andere ouder. Zie daarvoor o.m. deze uitspraak van Gerechtshof Den Haag en in hoeverre je de banden tussen je kind en de andere ouder bevordert.

Heb je het idee dat je ex-partner mogelijk een verzoek zal doen omdat je je grensoverschrijdend gedraagt of hebt gedragen, neem dan eigenaarschap voor een positieve omkering. Bekijk het van de andere kant en lees bijvoorbeeld de V&A: Psychische stoornis genoeg voor gezagsprocedure? Daarmee pas in hoger beroep beginnen is mogelijk te laat, zoals in deze uitspraak van Gerechtshof Den Bosch.

Tot slot, een kritische noot. We zien wel dat ouders het gezag verliezen vanwege bijvoorbeeld onbereikbaarheid, dan wel onvoldoende betrokkenheid bij hun kind. Wat we echter onvoldoende zien is dat de rechtspraak deze zelfde maat hanteert bij hoofdverblijfouders die de andere ouder het deelnemen aan gezagsbeslissingen onmogelijk maken door de informatieplicht, de consultatieplicht en de (vervangende) toestemming-vooraf-plicht niet na te leven. Dit gedrag blijft veelal zonder consequenties wat, in een land waarin ‘rule of law’ geldt, onbegrijpelijk is.

💬
Je bent niet alleen. Jaarlijks vinden meer dan 120.000 mensen antwoorden in onze kennisbank. Voor hulp of advies: neem gerust contact met ons op.
Lees hierna onze inzichten en voorbeelden van rechterlijke uitspraken in vergelijkbare situaties. Is een rechtszaak onvermijdelijk? Ontdek ook onze kostenbesparende 'litigation support'.

Contact ons voor hulp.
Lees hierna verder ↴

Inzichten

  1. Klemcriterium staat centraal (Art. 1:251a lid 1 BW)
  2. In nagenoeg alle gevallen vraagt de rechter advies aan de Raad voor de Kinderbescherming. De Raad doet geen onderzoek naar het werkelijke gedrag van ouders in relatie tot 1:247 lid 3 BW. Dit is iets dat wij juist wel graag zouden zien. Lees ons blog hierover.
  3. Wanneer er geen contra-indicaties zijn bij de andere ouder, m.a.w. als deze consistent meewerkend/overleggericht/welwillend gedrag laat zien, is een verzoek voor het verkrijgen van eenhoofdig ouderlijk gezag weinig kansrijk.
  4. Als er wel (historische) contra-indicaties zijn bij de andere ouder dan kijken rechters ook in hoeverre deze ouder inspanningen heeft verricht om de gevolgen hiervan voor het kind en eventueel de andere ouder te verminderen. En in welke mate er zelfinzicht is over de gevolgen voor het kind en de andere ouder.
  5. We zien in toenemende mate uitspraken waarin eenhoofdig ouderlijk gezag niet wordt toegewezen omdat de andere ouder daardoor teveel buiten beeld zou geraken. Dit is overigens alleen bij zaken waarin er geen contra-indicaties zijn bij deze ouder.
  6. In het merendeel van de gepubliceerde rechtszaken gaat eenhoofdig ouderlijk gezag uiteindelijk naar de moeder. Dit wordt ook veroorzaakt doordat meer moeders het hoofdverblijf hebben dan vaders.
  7. Ook verzoeken van vaders om eenhoofdig gezag kunnen succesvol zijn.
  • In hoeverre er kindsignalen zijn, die ook door professionele derden zijn vastgesteld.
  • In welke mate er communicatie tussen de ouders is en zij in staat zijn om gezamenlijk te overleggen en tot beslissingen te komen.
  • Voor zover het kind mogelijk wel klem- en verloren is tussen de ouders, in hoeverre te verwachten is dat hier binnen afzienbare tijd verandering in komt.
  • De uitkomsten van het onderzoek van de Raad voor de Kinderbescherming.
  • In hoeverre een van de ouders met het ouderlijk gezag zich niet-welwillend of onbereikbaar voor overleg toont.

Wat thans nog onderbelicht blijft in de gemiddelde rechterlijke beoordeling is in hoeverre de ouder die eenhoofdig gezag verzoekt zich (ruimhartig) heeft gehouden aan de verplichtingen die komen met de ouderlijke verantwoordelijkheid. Dit omvat onder andere de plicht om de banden tussen het kind en de andere ouder te bevorderen, de informatieplicht, de consultatieplicht en de plicht om een normale ouderschapsrelatie met de andere ouder te bewerkstelligen. Dit onvoldoende in de beoordeling meenemen, danwel eenhoofdig gezag toekennen in een situatie waarin dit niet het geval is, bevestigt de verzoekende ouder feitelijk in de strijd die deze (met het verzoek) voert.

Contact ons voor hulp.
Lees hierna verder ↴

Rechtspraak

Je leest een selectie. Deze wordt regelmatig bijgewerkt. Meer uitspraken of research nodig? Contact ons voor hulp.

Eenhoofdig gezag toegewezen

Een vader die kampt met persoonlijke problematiek en daardoor onvoorspelbaar is voor zijn kinderen verliest nu ook het ouderlijk gezag over zijn kinderen. Daarnaast is er al 3 jaren geen contact met zijn kinderen.

Volledige uitspraak

Naschrift:

Slechte bereikbaarheid voor de GI en moeder lijkt vader nu de das om te doen waardoor hij zijn ouderlijk gezag verliest. Tevens toetsing aan 8 EVRM. Voor de samenhangende OTS-beschikking zie deze uitspraak.

Een moeder verzoekt het alleen gezag over haar kind van inmiddels 11 jaar. Na de scheiding blijven de conflicten tussen de ouders, hetgeen ook uitmondt in een geweldsincident tussen de ouders en de oom van het kind, en waarvan het kind getuige was. De moeder heeft naar aanleiding daarvan aangifte gedaan van mishandeling tegen de vader. Daarop heeft de moeder alle contacten met de vader verbroken. Ook is vader onbereikbaar geweest voor moeder en hulpverlening.

Het hof concludeert net als de rechtbank dat onder deze omstandigheden het gezamenlijke gezag niet uitvoerbaar is en bekrachtigt de uitspraak van de rechtbank waarin de vader zijn ouderlijk gezag is kwijtgeraakt en dat wordt voldaan aan het klemcriterium.

Volledige uitspraak

Naschrift:

Wat opvalt aan deze uitspraak is dat niet vaststaat dat het geweldsincident aan vader te wijten was en of de opvolgende communicatieblokkade door de moeder gezien het zwaarwegende karakter ven beide zaken werkelijk proportioneel was. Wat de vader mogelijk de das om heeft gedaan is zijn onbereikbaarheid.

Een vader is onbereikbaar voor de moeder en de kinderen en ook al geruime tijd niet meer betrokken bij de kinderen, hetgeen de kinderen verdrietig stemt. De kinderen staan ook onder toezicht. De onbereikbaarheid van de vader heeft er ook toe geleid dat de moeder vervangende toestemming heeft moeten vragen voor het aanvragen van een paspoort voor de kinderen.

De rechtbank beslist dat het ‘anderszins’ in het belang van de kinderen is dat aan de moeder voortaan het eenhoofdig gezag toekomt.

Volledige uitspraak

Naschrift:

Onbereikbaarheid en jezelf terugtrekken uit het leven van je kinderen leidt in veel gevallen tot beëindiging van het ouderlijk gezag. Deze beslissing past dus in een min of meer vaste koers van de familierechtspraak.

Een moeder verhuist naar Zweden waar ze een nieuwe relatie heeft en neemt daarmee afstand van haar kinderen. Hoewel ze op afstand tracht invulling te geven aan haar ouderlijk gezag, willen de kinderen niet meer dat de moeder het ouderlijk gezag over hen uitoefent. De vader informeert de moeder wel.

Het hof bekrachtig nu de uitspraak van de rechtbank waarin moeder het gezag wordt ontnomen.

Volledige uitspraak

Naschrift:

Andermaal een uitspraak waarin onvoldoende wordt getoetst of vader zich daadwerkelijk houdt aan zijn plicht om de banden tussen de kinderen en ic moeder te bevorderen. Ook wordt niet duidelijk hoe hij moeder aangehaakt houdt aan het leven van de kinderen teneinde haar in staat te stellen om zinvol mee te blijven doen op basis van de consultatieplicht van vader.

Twee ouders lukt het niet om gezamenlijk (para)medische beslissingen te nemen over de kinderen. Het is met name de vader die het oordeel van specialisten in de wind slaat. Hij beroept zich er op dat hij te weinig informatie krijgt om te kunnen beslissen. Als alternatief stelt hij nog voor om een Parenting Coordinator te benoemen om bij geschillen tussen de ouders de beslissing te kunnen nemen. Ook de vader verzoekt overigens eenhoofdig gezag.

De rechtbank passeert het aanbod van de vader en beëindigt zijn gezag. De kinderen raken klem en verloren doordat de besluitvorming niet werkt.

Volledige uitspraak

Naschrift:

Doorslaggevend wordt door de rechtbank geacht dat de vader adviezen van (medisch) specialisten regelmatig in twijfel trekt.

Gezamenlijk gezag gehandhaafd

De communicatie tussen twee ouders is heel slecht. De moeder start een procedure om eenhoofdig gezag. Ze is van mening dat de situatie leidt tot een klemsituatie voor de kinderen. In eerste instantie gaat de rechtbank in dit standpunt mee en beëindigt het ouderlijk gezag van de vader.

Gerechtshof Den Haag in tweede instantie ziet het echter anders en overweegt o.a.:

Hoewel de wijze van communicatie of het ontbreken daarvan belastend is voor de minderjarigen, is dat niet zodanig dat de vader het gezag ontnomen had mogen worden nu niet is aangetoond dat deze communicatieproblemen de opvoeding en ontwikkeling van de minderjarigen aantoonbaar schaden. Uit de beschikking van de rechtbank en het onderliggende proces-verbaal blijkt dat dit een aanname van de rechter in eerste aanleg is geweest, gebaseerd op de ernstig verstoorde communicatie zoals die uit de stukken en op zitting bleek. Hoewel de aard en de ernst van de conflicten daartoe aanleiding gaven, is in de praktijk gebleken dat sinds het gezamenlijk gezag is beëindigd de omstandigheden waaronder de vader zijn vaderrol kan vervullen en daarmee het welzijn en de stabiliteit van de minderjarigen juist zijn verslechterd. De moeder heeft eigenstandig belangrijke beslissingen over de kinderen genomen zonder de vader daarover te informeren zoals de wisseling van de school van de minderjarigen. Er zijn meerdere procedures gevoerd en problemen ontstaan voortkomend uit de ongelijkwaardige positie van partijen ten opzichte van de minderjarigen. Anders dan de moeder, meent het hof dat deze conflicten schadelijk zijn voor de minderjarigen en gaat het hof er vanuit dat het herstel van het gezamenlijk ouderlijk gezag voornoemde conflicten zal verminderen.

Volledige uitspraak

Een moeder procedeert in twee instanties om eenhoofdig gezag te krijgen. Vader heeft een drugs en alcoholprobleem dat ook effect heeft op zijn gedrag (agressie). Ze vindt dat eenhoofdig gezag meer in het belang is van het kind. De vader verweert zich en stelt dat de communicatie hoewel moeizaam nog wel loopt en maar dat er nog wel besluiten worden genomen. De raad is het hiermee eens echter maakt zich zorgen over het gebrek aan vertrouwen van de moeder in de vader.

Het hof laat het gezamenlijk in stand, ook omdat niet (voldoende) is gebleken dat aan het klemcriterium is voldaan.

Volledige uitspraak

Een moeder heeft enige tijd moeite om een vaste woon of verblijfplaats te vinden om de omgang net haar kind van 6 jaar vorm te geven. Ze is daarnaast regelmatig onbereikbaar voor de vader, die zich tevens zorgen maakt dat moeder met het kind naar Rusland vertrekt waar ze vandaan komt.

Gerechtshof Amsterdam ziet in het geheel onvoldoende reden om moeder het ouderlijk gezag te ontnemen. Onvoldoende is gebleken dat door de persoonlijke omstandigheden van moeder gezagsbeslissingen niet genomen konden worden.

Volledige uitspraak

Een vader verzoekt eenhoofdig gezag over zijn kind die al geruime tijd volledig bij hem woont. De communicatie met de moeder is moeizaam en het kind is al diverse malen door de moeder teleurgesteld. Ze heeft zich diverse malen onbetrouwbaar betoond en dit heeft tot verlieservaringen bij het kind geleid.

De vader verzoekt eenhoofdig gezag omdat de aanwezigheid van gezamenlijk gezag in de toekomst tot problemen zou kunnen leiden. De vader informeert en betrekt de moeder echter ook onvoldoende.

De rechter handhaaft toch het gezamenlijk ouderlijk gezag, vooral omdat de zorg bestaat dat de moeder nog verder op afstand zal komen te staan dan zij al is. Nu kan ze nog zelf informatie opvragen bij instanties, waardoor ze nog enigszins betrokken blijft. Samengevat, zal het gezamenlijk gezag eerst daadwerkelijk tot stagnerende besluitvorming moeten leiden voordat eenhoofdig gezag eventueel in beeld komt.

Volledige uitspraak

Een moeder tracht eenhoofdig gezag te krijgen over 2 van haar 3 kinderen. De kinderen zitten klem tussen de ouders. Eén van beide kinderen woont inmiddels bij de vader. Het hof concludeert dat voldaan is aan de wettelijke vereisten om het ouderlijk gezag anders te verdelen. Het hof concludeert o.m.:

“De kinderen worden ernstig in hun ontwikkeling bedreigd omdat de ouders niet op een constructieve wijze met elkaar (kunnen) communiceren. Op dit moment zitten de kinderen daardoor weliswaar klem tussen de ouders, maar het staat niet vast dat hierin binnen afzienbare tijd geen voldoende verbetering kan komen. Daarbij neemt het hof in aanmerking dat, zoals de raad tijdens de mondeling behandeling te kennen heeft gegeven, er op korte termijn om een ondertoezichtstelling zal worden verzocht. De ouders stemmen in met een ondertoezichtstelling en de GI zal in het kader van de ondertoezichtstelling met de ouders aan de slag gaan om hun onderlinge communicatie te verbeteren. Het verzoek tot wijziging van het gezag is naar het oordeel van het hof dan ook voorbarig.”

Volledige uitspraak

Contact ons voor hulp.
Lees hierna verder ↴

Meer verdiepen?